Veiligheidsvoorschriften

 

KONINKLIJK BESLUIT VAN 12 MAART 1974

tot vaststelling van de veiligheidsnormen waaraan de rustoorden voor bejaarden moeten voldoen. (*)

(B.S. 23.V.1974)

Art. 1.

Art. 2.

Art. 3.

Art. 4.

Art. 5.

BIJLAGE A

Reglementering van de bescherming tegen brandgevaar en paniek in de rustoorden voor bejaarden waarvan lokalen, bestemd voor de kostgangers, gelegen zijn op twee of meer verdiepingen boven het normale evacuatieniveau

HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN

0. Algemeen

0.1. Doel van de reglementering
0.2. Toepassingsgebied
0.3. Terminologie

HOOFDSTUK II: INPLANTING, CONSTRUCTIE EN UITRUSTING

1. Inplanting en toegangswegen

2. Grondbeginselen

3. Voorschriffen voor sommige bouwelementen

4. Bouwvoorschriften betreffende de compartimenten, de gangen en vluchtwegen te gebruiken bij evacuatie

5. Bouwvoorschriften voor sommige lokalen en technische ruimten

6. Uitrusting der instellingen

HOOFDSTUK III: ONDERHOUD, CONTROLE EN BEZETTING

7. Onderhoud en controle

8. Voorschriffen betreffende de bewoning

HOOFDSTUK IV: BIJZONDERE BEPALINGEN

9. Voorschriften betreffende de inrichtingen bedoeld in § 0.2.3.

BIJLAGE B

Reglementering van de bescherming tegen brandgevaar en paniek in de rustoorden voor bejaarden waarvan lokalen, bestemd voor de kostgangers, gelegen zijn in maximum een verdieping boven het normale evacuatieniveau

HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN

0. Algemeen

0.1. Doel van de reglementering
0.2. Toepassingsgebied.
0.3. Terminologie.

HOOFDSTUK II: INPLANTING, CONSTRUCTIE EN UITRUSTING

1. Inplanting en toegangswegen

2. Grondbeginselen

3. Voorschriften voor sommige bouwelementen

4. Bouwvoorschriften betreffende de compartimenten, de gangen en vluchtwegen te gebruiken bij evacuatie

5. Bouwvoorschriften voor sommige lokalen en technische ruimten

6. Uitrusting der instellingen

Er is een natuurlijke of mechanische verluchting voorzien om de voortdurende rookafvoer uit de machinekamer te bevorderen; indien hiervoor een afvoerkanaal nodig is, hebben de wanden ervan een weerstand tegen brand van minstens één uur.

HOOFDSTUK III: ONDERHOUD, CONTROLE EN BEZETTING

7. Onderhoud en controle

8. Voorschriften betreffende de bewoning

HOOFDSTUK IV: BIJZONDERE BEPALINGEN

9. Voorschriften betreffende de inrichtingen bedoeld in § 0.2.3.

AANHANGSEL 1

(gemeen aan de bijlagen A en B)

INHOUD

HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN

0. Algemeen.

0.1. Doel van de reglementering.
0.2. Toepassingsgebied.
0.3. Terminologie.

HOOFDSTUK II: INPLANTING, CONSTRUCTIE EN UITRUSTING

HOOFDSTUK III: ONDERHOUD, CONTROLE EN BEZETTING

HOOFDSTUK IV: BIJZONDERE BEPALINGEN

(*).  Opgeheven voor de Vlaamse Gemeenschap bij B.Vl.Reg. 10.VII.1985, (B.S. 30.VIII.1985), art. 7, maar opnieuw van toepassing verklaard bij B.Vl.Reg. 4.XI.1987, (B.S. 19.I.1988), art. 2. Het opheffingsbesluit van 10.VII.1985 is "ingetrokken" bij B.Vl.Reg. 4.XI.1987, (B.S. 19.I.1988), art.1.