Overzicht recente wetteksten
BS 19.02.04
MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
Departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur
De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen,
Gelet op de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden,
gecoördineerd op 18 december 1991, inzonderheid op artikel 15, § 1, 7°;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 1985
tot vaststelling van de normen waaraan een serviceflatgebouw, een woningcomplex
met dienstverlening of een rusthuis moet voldoen om voor erkenning in aanmerking
te komen, inzonderheid op norm 4.1.4. van de bijlage B van dit besluit, zoals
gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 4 april 2003;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2003
tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, gewijzigd
bij besluit van de Vlaamse regering van 29 augustus 2003;
Gelet op het ministerieel besluit van 11 december 2003 tot
bepaling van de kwalificaties van de personen die in aanmerking komen voor de
tewerkstelling als deskundige in animatie en activatie, inzonderheid op artikel
4;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 4 van voornoemd
besluit die personeelsleden die vóór 1 januari 2004 tewerkgesteld waren in een
rusthuis in de functie van deskundige in animatie en activatie en die op die
datum niet beschikken over de minimale kwalificatie zoals bepaald in artikel 1
van ditzelfde besluit ten laatste op 1 juli 2008 dienen te beschikken over deze
minimale kwalificatie of vóór die datum met succes een door de minister erkend
specifieke modulair vormingspakket van minstens 96 uren dienen gevolgd te
hebben, willen zij na die datum nog verder in aanmerking voor een tewerkstelling
als deskundige in animatie en activatie;
Overwegende dat naar aanleiding van deze bepaling door de
koepelorganisaties VVSG, VVI, FOS en FERUBEL op 8 december 2003 een voorstel van
een specifieke modulair vormingspakket van minstens 96 uren voor erkenning werd
ingediend onder de benaming « Opleidingsproject voor niet-gekwalificeerde
animatoren Vlaamse gemeenschap »;
Overwegende dat deze opleiding zich specifiek richt tot die
personeelsleden die vóór 1 januari 2004 tewerkgesteld waren in een rusthuis in
de functie van deskundige in animatie en activatie en op die datum niet
beschikken over de minimale kwalificatie zoals bepaald in artikel 1 van het
ministerieel besluit van 11 december 2003; dat de opleiding georganiseerd wordt
door alle sectorale koepelorganisaties, waarbij de effectieve vorming gegeven
wordt door ter zake onderlegde en competente vormingsinstanties; dat het hier
een uniform opleidingspakket voor gans Vlaanderen betreft dat provinciaal
georganiseerd wordt zodat gegarandeerd kan worden dat een identieke vorming
gegeven wordt aan de volledige doelgroep; dat deze opleiding modulair
georganiseerd is en provinciaal aangeboden wordt, aangepast aan de behoeften van
de betrokken personeelsleden en voorzieningen;
Overwegende dat op basis van een grondige analyse van het
ingediende voorstel kan geconcludeerd worden dat deze opleiding beantwoordt aan
het in de wetgeving vooropgezette doel,
Besluit :
Artikel 1. Het door de koepelorganisaties VVSG, VVI, FOS en
FERUBEL op 8 december 2003 ingediende voorstel van een specifieke modulair
vormingspakket van minstens 96 uren onder de benaming « Opleidingsproject voor
niet-gekwalificeerde animatoren Vlaamse gemeenschap » wordt erkend in het kader
van artikel 4 van het ministerieel besluit van 11 december 2003 tot bepaling van
de kwalificaties van de personen die in aanmerking komen voor de tewerkstelling
als deskundige in animatie en activatie.
Art. 2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari
2004.
Brussel, 4 februari 2004.
De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke
Kansen,
A. BYTTEBIER