Overzicht recente wetteksten
BS 19.01.02
ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen
collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2000, gesloten in het Paritair
Comité voor de gezondheidsdiensten, tot toekenning van een premie van 12,67 EUR.
Art. 2. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit
besluit.
Gegeven te Brussel, 14 januari 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX
_______
Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage
Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten
Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2000
Toekenning van een premie van 12,67 EUR
(Overeenkomst geregistreerd op 5 april 2001
onder het nummer 56980/CO/305)
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de
werkgevers en werknemers van :
- de inrichtingen die aan de wet op de ziekenhuizen onderworpen zijn;
- de psychiatrische verzorgingstehuizen;
- de samenwerkingsverbanden voor de oprichting en het beheer van initiatieven
van beschut wonen;
- de rusthuizen voor bejaarden;
- de rust- en verzorgingstehuizen;
- de serviceflats en dienstencentra die verzorging verlenen ten gunste van
bejaarden;
- de revalidatiecentra.
Onder « werknemers » wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en
bediendepersoneel.
Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan het punt 1
van het federaal meerjarenplan van 1 maart 2000.
Art. 3. § 1. Een bruto jaarlijkse premie van 12,67 EUR wordt toegekend aan
alle werknemers.
§ 2. Het volledig bedrag van de premie wordt toegekend aan de werknemer die een
functie uitoefent welke het uitvoeren van werkelijke of daarmee gelijkgestelde
volledige arbeidsprestaties omvat en die zijn gehele loon heeft of zou hebben
genoten tijdens de gehele referentieperiode.
De gelijkgestelde arbeidsprestaties zijn deze bedoeld in de artikelen 16 en 41
van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 betreffende de jaarlijkse vakantie
der loonarbeiders.
De referentieperiode is de periode gaande van 1 januari tot en met 30 september
van het betrokken jaar. Iedere gepresteerde of daarmee gelijkgestelde maand
tijdens de referentieperiode geeft recht op een negende van de premie vermeld in
§ 1.
Onder « maand » wordt verstaan, iedere verbintenis die is aangegaan voor de
zestiende dag van de lopende maand.
§ 3. Als de werknemer de gehele premie niet kan genieten in het raam van
volledige arbeidsprestaties omdat hij in dienst werd genomen tijdens of de
instelling heeft verlaten in de loop van de referentieperiode, wordt het bedrag
van de premie vastgesteld naar rata van de tijdens de referentieperiode
verrichte of daarmee gelijkgestelde arbeidsprestaties.
§ 4. Het bedrag van de premie voor de deeltijds tewerkgestelde werknemer wordt
berekend naar rata van de duur van de arbeidsprestaties die hij in de loop van
de referentieperiode heeft of zou hebben gepresteerd.
§ 5. De premie wordt in éénmaal uitbetaald in de loop van het laatste kwartaal
van het in aanmerking genomen jaar.
§ 6. De premie is niet verschuldigd aan de om dringende reden ontslagen
werknemers, noch voor arbeidsprestaties die zijn verricht tijdens een
proefperiode aan dewelke een einde werd gesteld, noch voor arbeidsprestaties
verricht in het kader van een studentencontract of een vervangingscontract voor
het gedeelte waarvoor de vervangen werknemer deze premie ontvangt.
§ 7. De werknemers die zich in een proefperiode bevinden op het ogenblik van de
betaling van een premie hebben geen recht op de premie.
Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 oktober
2001. Zij is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door elk van
de partijen met een opzegtermijn van drie maanden bij een ter post aangetekende
brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de
gezondheidsdiensten.
Art. 4bis. Het opschrift, de artikelen en of de onderdelen ervan die in de
eerste rij en de eerste en de vierde kolom van de volgende rij(en) van
onderstaande tabel worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve
arbeidsovereenkomst. Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede
kolom van de tabel gelden vanaf de dag van de inwerkingtreding van deze
collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in
Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.
Art. 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft enerzijds de collectieve
arbeidsovereenkomst op van 22 oktober 1991, gesloten in het Paritair Subcomité
voor de privé-ziekenhuizen betreffende de premie van 511 BEF, algemeen
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 juni 1992 (Belgisch Staatsblad
van 26 juni 1992) en anderzijds de collectieve arbeidsovereenkomst van 15
december 1994, gesloten in het Paritair Subcomité voor de
gezondheidsinrichtingen en -diensten, tot toekenning van een bruto jaarpremie
van 511 BEF voor de revalidatiecentra, algemeen verbindend verklaard bij
koninklijk besluit van 29 januari 1996 (Belgisch Staatsblad van 28 maart 1996)
en dit vanaf het ogenblik dat de voordelen bedongen in deze collectieve
arbeidsovereenkomst effectief worden toegekend.
Art. 6. Partijen komen overeen dat de voordelen bedongen in deze collectieve
arbeidsovereenkomst slechts effectief zullen toegekend worden aan de werknemers
voor zover de regering in uitvoering van het federaal meerjarenplan van 1 maart
2000 de tenlasteneming van de kost ervan verzekert vanaf de inwerkingtreding
ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 14 januari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX