Overzicht recente wetteksten
BS 31.03.03, Editie 3
ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor
geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994,
inzonderheid op artikel 69, § 4, derde en vierde lid, ingevoegd bij het
koninklijk besluit van 24 maart 1997;
Gelet op het advies van de overeenkomstencommissie tussen de
rust- en verzorgingstehuizen, de rustoorden voor bejaarden en de centra voor
dagverzorging en de verzekeringsinstellingen, gegeven op 18 december 2002;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor
geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en
invaliditeitsverzekering, gegeven op 27 januari 2003;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven
op 20 februari 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting
van 13 maart 2003;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling gemotiveerd door het
feit dat de verminderingen van de tegemoetkomingen die in dit besluit worden
voorzien, om budgettaire redenen moeten kunnen worden toegepast vanaf 1 juli
2003;
Gelet op het advies 35.123/1 van de Raad van State, gegeven
op 19 maart 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en
Pensioenen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. De tegemoetkoming die is bedoeld in artikel 37, §
12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 wordt vanaf 1 juli 2003
tot 30 september 2003 verminderd met het percentage (P) dat per individuele
inrichting wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van artikel 4, § 1, 6°,
van het koninklijk besluit van 27 maart 2003 tot uitvoering van artikel 69, § 4,
tweede lid van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, voor de verstrekkingen
bedoeld in artikel 34, 12°, van dezelfde wet. Als dit percentage (P) groter is
dan 100, wordt het automatisch herleid naar 100.
Het bekomen resultaat van deze vermindering moet worden
afgerond naar de lagere of hogere cent naargelang de fractie van een cent lager
is dan 0,50 of niet. De tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de op
14 juli 1994 gecoördineerde wet, bedraagt na deze vermindering minstens 0,01
euro.
Art. 2. Indien de som van de individuele budgetten (B) per
inrichting, zoals die zijn bepaald overeenkomstig de bepalingen van artikel 4, §
2, van het hier voren genoemde koninklijk besluit van 27 maart 2003 groter is
dan het globaal budget van financiële middelen (GB) zoals bepaald in het
koninklijk besluit houdende vastlegging, voor het jaar 2003, van het globaal
budget van financiële middelen voor de verstrekkingen bedoeld in artikel 34, 12°
van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging
en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt de tegemoetkoming die is
bedoeld in artikel 37, § 12 van dezelfde wet vanaf 1 juli 2003 tot 30 september
2003 verminderd met het volgende percentage (= R) :
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Indien bovenvermeld percentage (R) groter is dan nul, en
indien, in uitvoering van het koninklijk besluit van 5 oktober 1999 tot
uitvoering van artikel 51, § 4, van de wet betreffende de verplichte verzekering
voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994,
houdende bepaling van wat onder beduidende overschrijding of risico op
beduidende overschrijding van de partiële begrotingsdoelstelling moet worden
verstaan, de geboekte uitgaven tot het eerste trimester 2003 voor de sectoren
rustoorden voor bejaarden, rust- en verzorgingstehuizen en centra voor
dagverzorging samen, geen risico op beduidende overschrijding vertonen, dan
wordt dit percentage (R) herleid tot nul.
Het bekomen resultaat van deze vermindering moet worden
afgerond naar de lagere of hogere cent naargelang de fractie van een cent lager
is dan 0,50 of niet. De tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de op
14 juli 1994 gecoördineerde wet, bedraagt na deze vermindering minstens 0,01
euro.
Art. 3. De in de artikelen 1 en 2 bedoelde verminderingen
worden per inrichting bepaald door de Dienst voor geneeskundige verzorging van
het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Art. 4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in
het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5. Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is
belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 maart 2003.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen,
F. VANDENBROUCKE