Overzicht recente wetteksten
BS 05.10.02
ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 juni 1978 tot wijziging van de wet op
de ziekenhuizen en betreffende sommige andere vormen van verzorging, gewijzigd
door de wet van 8 augustus 1980, het koninklijk besluit nr. 59 van 22 juli 1982
en de wet van 25 januari 1999, inzonderheid op artikel 5, § 1;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën,
Gelet op het besluit van de Ministerraad van 21 december 2001
over het verzoek aan de Raad van State om advies te geven binnen een termijn van
een maand;
Gelet op advies van de Raad van State, gegeven op 5 maart
2002, met toepassing van art. 84, 1e lid, 1 van de gecoördineerde wetten op de
Raad van State
Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en
Leefmilieu en van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen en algemene bepalingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan
onder :
1° geïntegreerde dienst voor thuisverzorging : de
gezondheidszorgvoorziening die, per zorgzone, het geheel van de patiëntenzorg
versterkt onder meer via praktische organisatie en ondersteuning van
verstrekkingen in het kader van de thuisverzorging, waarbij de tussenkomst van
beroepsbeoefenaars van verschillende disciplines vereist is;
2° gezondheidszorgvoorziening : de voorziening die
gezondheidszorg verstrekt al dan niet geregeld krachtens de wet op de
ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987 of de wet van 27 juni 1978 tot
wijziging van de wet op de ziekenhuizen en betreffende andere vormen van
verzorging;
3° zorgzone : het geografisch gebied van één of meerdere
gemeenten - of deel van een gemeente in de grote agglomeraties van Antwerpen,
Charleroi, Gent en Luik - waarover de activiteit van de geïntegreerde dienst
voor thuisverzorging zich uitstrekt;
4° beroepsbeoefenaar : elke beroepsbeoefenaar bedoeld in het
koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de
gezondheidszorgberoepen, alsmede een psycholoog;
5° zorgverlener : zowel de beroepsbeoefenaar bedoeld in 4°
als de gezondheidszorgvoorziening bedoeld in 2°;
6° verstrekkingen : de geneeskundige verstrekkingen zoals
bedoeld in artikel 34, 13°, van de wet op verplichte ziekteverzekering voor
geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.
HOOFDSTUK II. - Erkenningsnormen
Art. 2. Om te worden erkend en erkend te blijven moeten de
geïntegreerde diensten voor thuisverzorging voldoen aan de normen vastgesteld in
dit besluit.
Afdeling I. - De zorgzone
Art. 3. De geïntegreerde dienst voor thuisverzorging dient
een welbepaalde zorgzone te bestrijken, welke wordt vastgesteld naar aanleiding
van de bijzondere erkenning van de betrokken dienst.
Art. 4. Het geografisch omschreven gebied van een gemeente -
of deel van een gemeente in de grote agglomeraties van Antwerpen, Gent,
Charleroi en Luik - kan slechts tot één zorgzone behoren.
Art. 5. Per zorgzone kan slechts één geïntegreerde dienst
voor thuisverzorging worden erkend.
Art. 6. In afwijking tot artikel 4 en artikel 5 kan, binnen
het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad, éénzelfde geografische omschreven gebied
deel uitmaken van de zorgzone zowel van een geïntegreerde dienst voor
thuisverzorging die zich bekent als behorende tot de Vlaamse Gemeenschap, als
van een geïntegreerde dienst voor thuisverzorging die zich bekent als behorend
tot de Franse Gemeenschapscommissie, als van een geïntegreerde dienst voor
thuisverzorging die zich bekent als behorend tot de Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie.
Afdeling II. - Samenstelling
Art. 7. De geïntegreerde dienst voor thuisverzorging is
samengesteld uit vertegenwoordigers van de beroepsbeoefenaars zoals bedoeld in
artikel 1, 4°, van dit besluit, maar tenminste uit :
1° vertegenwoordigers van de huisartsen die binnen de
zorgzone hun hoofdactiviteit uitoefenen;
2° vertegenwoordigers van de verpleegkundigen en
vroedvrouwen, die in de zorgzone hun hoofdactiviteit in de thuisverzorging
uitoefenen;
3° vertegenwoordigers van de door de bevoegde overheid van de
betrokken gemeenschap of het betrokken gewest aan te duiden types van
coördinatiestructuren, die erkend zijn en binnen de desbetreffende zorgzone
werkzaam zijn.
HOOFDSTUK III. - Opdrachten van de geïntegreerde dienst
voor thuisverzorging
Art. 8. Met het oog op een coherent, toegankelijk en een aan
de patiënt aangepast zorgaanbod, heeft de geïntegreerde dienst voor
thuisverzorging de algemene opdracht te waken over de opvolging van de
informatie en ondersteuning doorheen het ganse zorgproces en dit zowel ten
opzichte van de zorgverstrekker als ten opzichte van de patiënt.
Bovendien heeft de geïntegreerde dienst voor thuisverzorging in het algemeen als
taak de samenwerking tussen haar leden te bevorderen. Dit kan ondermeer gebeuren
door het optimaliseren van de informatie- uitwisseling tussen haar leden door
onder andere het organiseren van informatie- en coördinatievergaderingen of door
het ter beschikking stellen van administratieve en technische ondersteuning.
Art. 9. De geïntegreerde dienst voor thuisverzorging heeft in
het bijzonder als opdracht te waken over het praktisch organiseren en het
ondersteunen van zorgverleners bij hun verstrekkingen in het kader van de
thuisverzorging en meer in het bijzonder bij :
a) de evaluatie van de zelfredzaamheid van de patiënt;
b) de uitwerking en de opvolging van een zorgplan;
c) de taakafspraken tussen zorgverstrekkers;
d) het multidisciplinair overleg ter concretisering van voornoemde punten a) tot
en met c) .
Art. 10. De geïntegreerde dienst voor thuisverzorging
registreert de verstrekkingen bedoeld in artikel 9.
De verzamelstaat van de registratie wordt per kalenderkwartaal en vóór het
verstrijken van het daaropvolgend kwartaal, overgemaakt aan de Minister die de
Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft evenals aan de overheden die de
erkenning onder hun bevoegdheid hebben.
Art. 11. In het kader van het uitvoeren van haar opdrachten
werkt de geïntegreerde dienst voor thuisverzorging intensief samen met de in de
zorgzone gevestigde gezondheidszorgvoorzieningen.
Op verzoek van de patiënt werkt de geïntegreerde dienst voor thuisverzorging,
voor wat betreft de aan hem verstrekte zorg, samen met
gezondheidszorgvoorzieningen van buiten de zorgzone.
Art. 12. Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid
en Leefmilieu en Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen zijn, ieder wat
hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 8 juli 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu,
Mevr. M. AELVOET
De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen,
F. VANDENBROUCKE